Afwijkingen van de bewijslastverdeling in het aansprakelijkheidsrechtPromovendus: Dr. W. Vandenbussche
Promotores: Mw. Prof. I. Samoy, Prof.Dr. B. Allemeersch
Duur: 1/9/2012 - 31/8/2016
Promotie: Leuven, 24/5/2017
Abstract:
Dit doctoraatsproject beoogt de afwijkingen van de bewijslastverdeling in het aansprakelijkheidsrecht te onderzoeken. Het onderzoek start vanuit twee grote probleempunten in de bewijsvoering in aansprakelijkheidsprocedures. Eerst en vooral wordt het slachtoffer van een onrechtmatige daad geconfronteerd met een zware bewijslast. Hij moet zowel fout, schade als oorzakelijk verband bewijzen. Die bewijslast kan leiden tot grote moeilijkheden en zelfs tot situaties van bewijsnood veroorzaken. Ten tweede kan ook een schadeveroorzaker geconfronteerd worden met een moeilijke bewijslast in de gevallen waarin hij bijvoorbeeld de fout van het slachtoffer, overmacht of de daad van een derde moet bewijzen. De huidige afwijkingen van de bewijslastverdeling, die bedoeld zijn om tegemoet te komen aan die problemen, vinden plaats op een fragmentarische en uiteenlopende manier. Ze worden toegepast door verschillende actoren (de wetgever, de rechters en de partijen zelf) en in de verschillende fases van de bewijsvoering (bij de bepaling van het voorwerp, bij het aanbrengen van de feiten als bij de evaluatie door de rechter), zodat er geen consistentie is in wat de partijen zelf nog moeten bewijzen. De hoofdonderzoeksvraag van het project is :Hoe kunnen de afwijkingen van de bewijslastverdeling op een meer consistente manier georganiseerd worden in het aansprakelijkheidsrecht? In een eerste deel beoogt het onderzoek een duidelijk, gestructureerd en rechtsvergelijkend overzicht te geven van de verschillende afwijkingen van de bewijslast in Belgi en in de andere bestudeerde rechtsstelsels (Nederland, Frankrijk, Duitsland en Zwitserland). Daarna wordt de vraag gesteld naar de motieven en achterliggende redenen om al dan niet af te wijken van de bewijslastverdeling. In een laatste fase zal het onderzoek algemeen geldende criteria trachten te formuleren, die toelaten om een normatief kader op te stellen, dat aangeeft waarom en op welke manier de verschillende actoren (de wetgever, de rechters en de partijen) kunnen afwijken van de normale bewijslastverdeling in het aansprakelijkheidsrecht.